Datum: 03/05/2018
We worden er allemaal wel eens mee geconfronteerd! Ons trouwe werkpaard geeft er de brui aan en een noodstop op de pechstrook van de autosnelweg is de enige optie. Maar hoe zit het op dat moment met de noodzakelijke veiligheidsvoorschriften?
VIAS institute heeft bij een representatieve groep Belgen een enquête over het gebruik van de pechstrook gehouden.
Blijkt dat 1 op de 3 medelandgenoten ooit al eens op de pechstrook is gestopt. 8 op de 10 personen bleken zich toen onveilig te voelen door de auto’s en vrachtwagens die rakelings langs hen heen denderden. Een Franse studie heeft ooit berekend dat voetgangers op de pechstrook slechts 10 à 20 minuten overleven.
De meeste bestuurders stopten op de pechstrook omdat ze autopech hadden. 10% van de ondervraagden had een ongeval, maar evenveel personen gebruikten de pechstrook voor redenen die totaal onwettig zijn: een sanitaire noodstop, instellen van het navigatiesysteem of een dringende telefoon die beantwoord moet worden. Dit mag niet en is een overtreding van tweede graad met een boete van 116 euro.
Wanneer men is gestopt op de pechstrook dient men toch een paar veiligheidsvoorschriften na te leven. Ongeveer de helft van de ondervraagde personen deed wat moet : aantrekken van een fluohesje, gevarendriehoek opstellen en zich in veiligheid brengen achter de vangrail.
De meeste bestuurders weten dat je bij pech op of bij een ongeval de pechstrook mag gebruiken. Maar veronderstel dat de bestuurder zich onwel begint te voelen. Mag je dan op de pechstrook stoppen? In principe niet! Is er natuurlijk sprake van overmacht omdat de bestuurder een hartaanval krijgt, dan kan je wel op de pechstrook stoppen om de hulpdiensten te verwittigen en hun komst af te wachten.
Gezien worden
Gevarendriehoek
Als men dan al een gevarendriehoek plaatst, is natuurlijk de vraag hoever deze voor het voertuig moet staan. Op een autosnelweg moet de gevarendriehoek op een afstand van 100 meter voor het voertuig opgesteld worden. Deze afstand is ongeveer de remafstand van een personenwagen aan 120 km/h of van een vrachtwagen die 90 km/h rijdt. Op gewone wegen moet de gevarendriehoek op een afstand van ten minste 30 meter in verticale stand geplaatst worden.
Fluohesje
Volgens de wegcode moet je een fluohesje dragen voor je het voertuig verlaat. 56% van de bestuurders bewaart zijn hesje binnen handbereik in het voertuig. Maar bijna 4 op de 10 heeft zijn hesje verstopt in de koffer! Dan wordt het moeilijk om een fluohesje te dragen bij het uitstappen. Heel veel Belgen denken ook dat iedereen, dus ook de passagiers, zo’n hesje moeten dragen. Het is in ieder geval niet verboden, maar het is niet verplicht. Volgens de wet is men verplicht om één fluohesje aan boord te hebben. Het is wel vanzelfsprekend dat alle passagiers het voertuig verlaten en zich veilig achter de vangrail opstellen tot wanneer hulp arriveert.
Pechstrookrijders
En ja, 10% van de ondervraagden gaf toe in de laatste 5 jaar ook wel eens op de pechstrook te hebben gereden. Bij file om naar de volgende afrit te rijden of gewoon om de file voorbij te rijden. Dat mag dus zeker niet!
VIAS geeft nog 10 tips als je op de pechstrook gestopt bent :
- Parkeer uw wagen zo dicht mogelijk tegen de vangrails of in een vluchthaven
- Zet alle richtingaanwijzers aan als dat nog gaat.
- Denk altijd eerst aan je eigen veiligheid en die van je passagiers.
- Vooraleer je uitstapt, trek je je fluohesje aan.
- Laat eventuele passagiers altijd langs de rechterkant uitstappen en plaatsnemen ver achter de vangrail.
- Als je uitgestapt bent, hou je blik altijd op het verkeer gericht. Wandel dus nooit met je rug naar het aankomend verkeer.
- Plaats de gevarendriehoek op ongeveer 100 meter van uw auto. Stap hiervoor als dat kan achter de vangrail.
- Verwittig de hulpdiensten en probeer met hulp van een hectometer- of kilometerpaal uw locatie zo exact mogelijk door te geven.
- Wacht bij uw auto ten minste 15 meter achter de vangrail. Blijf in geen geval op de pechstrook staan.
- Als uw auto niet meer kan rijden, laat hem dan zo vlug mogelijk verplaatsen.
Tot slot nog dit: sommigen hebben wel toestemming om op de pechstrook te rijden.
- Prioritaire voertuigen die een dringende opdracht uitvoeren
- Personen of diensten opgeroepen door het openbaar ministerie of door de federale of lokale politie, om zich bij sterk vertraagd of stilstaand verkeer naar de plaats van een incident langs of op de autosnelweg of autoweg te begeven.
- Takelwagens, om zich bij sterk vertraagd of stilstaand verkeer, naar de plaats van een incident langs of op de autosnelweg of autoweg te begeven.
Bron : VIAS institute